Wijzigingen aan het KB van 19 april 2014 houdende bezoldigingsregeling van het operationeel personeel van de hulpverleningszones

In het Belgisch Staatsblad van 3 mei 2019 verscheen het Koninklijk Besluit van 13 april 2019 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten betreffende het operationeel personeel van de hulpverleningszones.

In dit besluit staat een artikel dat invloed kan hebben op de bezoldiging van de korporaals.

Artikel 9 bepaalt het volgende:

“Voor de berekening van de anciënniteit in de eerste weddeschaal toegekend na een bevordering in de graad van korporaal wordt ook rekening gehouden met de anciënniteit die werd verworven in de laatste weddeschaal waarvan het personeelslid genoot in de graad van brandweerman.”

Vroeger was het immers zo dat bij een hiërarchische bevordering het personeelslid startte met 0 jaren dienst in zijn nieuwe weddeschaal. Het personeelslid moest dan 5 jaar diensten gepresteerd hebben om in aanmerking te kunnen komen voor een bevordering in weddeschaal binnen dezelfde graad.

Deze wijziging wordt ingevoerd met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2015.

Het besluit bevat ook een bepaling bij bevorderingen in weddeschalen.
Er wordt bepaald dat een retroactief effect aan de bevordering in weddeschaal zal worden toegekend aan de personeelsleden die wel aan de anciënniteits- en opleidingsvoorwaarden voldeden maar niet aan de evaluatievoorwaarde konden voldoen omwille van de vertraging bij sommige hulpverleningszones van het invoeren van het evaluatiesysteem.